Het is achter de rug. Zaterdagavond kwam er eindelijk een einde aan de zenuwslopende dagen voor de uitreiking van de Paul Harland Prijs. In het gezelschap van man en dochter en in dat van ons Zonderlinge-schrijversgroepje telde ik het laatste uur naar de uitslag af. Dat organisatoren dat moment van verlossing altijd zo graag willen uitstellen, weten we allemaal. Voor de tv vind ik het al enorm enerverend als er tussen “en de winnaar is…” en de naam op het scherm te veel gepalaverd wordt, maar wanneer ik zelf op hete kolen zit is, verandert die irritatie al snel in iets wat lijkt op overmatige zweetproductie, hartkloppingen en niet stil te houden handen en voeten. Gelukkig voor mijn arme lijf duurde het geen eeuwen voor de presentator aan de shortlist begon. Met hier en daar nog een impulsieve, maar toch zorgvuldig uitgekiende pauze, kabbelde de aftelling voort. Mijn naam verscheen niet bij de verhalen die tussen de 20 en 25 eindigden. Ook niet tussen 20 en 15. De moed en het enthousiasme kukelden naar beneden. En dan, in een flits en bijna gemist, stond daar “Transitieverwikkelingen en ovariële bioresonantie”.
Ik ben winnaar! Niet echt natuurlijk, want aan de elfde plaats is geen prijs verbonden, maar toch winnaar, want tot in de finale geraakt. Wat een super gevoel!
Dat supergevoel maakte dat mijn geheugen me in de steek liet en ik vergat dat ik nog een tweede verhaal ingestuurd had. Dat had de voorselectie overleefd, maar de finale niet gehaald. Met een grote grijns op mijn gezicht beweer ik stellig dat ik daar absoluut mee kan leven.
De motivatie is groot om het nog beter te doen. Een nieuw verhaal borrelt, kronkelt en vraagt om geschreven te worden. Iets nieuws, iets anders dan wat ik al neergepend heb. Het wordt een uitdaging die ik met plezier – en ongetwijfeld gezwoeg en binnensmonds gevloek – ga aannemen.
Tot volgend jaar op de Harland Awards!
Voor de volledige uitslag en meer info rond de Paul Harland Prijs (vanaf nu de Harland Awards) klik je hier.